uw huisdier mee naar het buitenland


Standaard invoereisen

Als u uw huisdier mee wilt nemen naar het buitenland, moet minimaal voldaan zijn aan de volgende eisen:

  • Het dier moet gechipt zijn
  • Het dier moet een officieel EU-dierenpaspoort hebben
  • Het dier moet uiterlijk 21 dagen voor invoer gevaccineerd zijn tegen rabies (hondsdolheid). Deze vaccinatie moet gegeven zijn tegelijk met of ná het chippen.


Aanvullende invoereisen

Het kan gebeuren dat landen naast de punten in de linker kolom, nog aanvullende eisen stellen.

Zo kan het zijn dat het dier behandeld moet zijn tegen parasieten of dat de invoer van bepaalde rassen verboden is. Ook als u uw dier meeneemt naar landen buiten de EU, is invoer (en het mee terug nemen van het dier naar Nederland!) ingewikkelder.

Het is dus belangrijk altijd ruim voor vertrek goed na te gaan welke eisen er gesteld worden in het specifieke land Deze eisen kunt u vinden op de website van het LICG.


Parasieten

Vooral in de zuidelijke landen komen nogal wat parasieten voor die vervelende ziekten kunnen overdragen. Deze ziekten kunnen soms pas jaren later de kop opsteken en zijn zeer moeilijk te bestrijden.

Daarom is het belangrijk al vóór vertrek de dieren te behandelen met de juiste anti-parasitaire middelen. Het kan dus zijn dat u iets anders moet gebruiken dan normaal.

Voor advies hierover kunt u contact met ons opnemen.

Meer informatie kunt u vinden op de website van het LICG.

Na thuiskomst

Eén van de gevaarlijke parasieten die voorkomen in het zuiden is de hartworm.

Deze worm leeft in het hart en de bloedvaten en u begrijpt dat dieren hier erg ziek van kunnen worden. Daarom is het van groot belang om uw dieren ná thuiskomst te behandelen met een geschikt middel tegen hartworm. Dit moet twee keer gebeuren: op de dag van thuiskomst en een maand daarna.

Als u langere tijd in het buitenland verblijft, moet de behandeling elke maand plaatsvinden.